Woede en introspectie

Overal is woede.
De gele hesjes zijn woedend, oorspronkelijk vanwege de extra belasting op benzine, maar ze blijven woedend, ook nu dat probleem lijkt te worden opgelost.
Hun woede is zelfs overgeslagen naar Nederland. Uit woede gaf een mevrouw met een geel hesje Rutte geen hand.
De me too-beweging is een uiting van woede want vrouwen pikken het niet langer om seksueel misbruikt, geïntimideerd of op een onprettige manier benaderd te worden.
Als van de opgestapte Özdil van de GroenLinks-Tweede Kamerfractie maar enigszins was aangevoerd door Jesse Klaver dat zijn onaangename gedrag iets met de dames te maken had gehad (of dat nu waar was of niet), was dezelfde Özdil in plaats van Klaver door M (Margriet van der Linden) gefileerd tijdens haar programma.

Zonder veroordeeld te zijn in rechte, veroordeeld worden en plein public dat is wat de woede doet en voedt.
Woedend zijn ook al diegenen die op sociale media anderen  met de vreselijkste dingen bedreigen omdat ze iets anders zeggen of doen dan de bedreigers willen horen of zien.
Het recht is geen optie meer voor hen.
Een rechtsgang is duur en duurt lang en als je je zin toch kunt krijgen door iemand te bedreigen is dat wel zo effectief.
Zo maakt een bedreigde ondernemer geen zonnepanelen meer en houden journalisten in precaire zaken maar liever hun mond, zeker als ze kinderen hebben.
We hechten zo aan vrijheid van meningsuiting maar de (geuite) woede (ik denk hierbij nu niet speciaal aan de belediging van een profeet die woede opwekt) is de grootste belager daarvan.
Dan zijn er nog de vreemdelingenhaters, de gekwetste en boze witte mannen of al diegenen die woedend zijn op de elite, het kapitaal, het systeem, Macron, Europa, vrouwen, homo’s, joden, moslims, maar ook witte heterogene mannen.

Al diegenen kan ik aanraden het boek van Edith Eva Eger te lezen: De keuze. Leven in vrijheid. Eger die Auschwitz en een dodenmars heeft overleefd en letterlijk als bijna-lijk uit een berg lichamen is gevist heeft bijzondere adviezen voor hen die woedend zijn op de ander en zich slachtoffer voelen. Ze heeft er zelfs als psycholoog haar leven aan gewijd.
Mèt Victor Frankl, die De zin van het bestaan schreef, een boek dat mijn leven veranderde, evenals zij overlevende van Auschwitz en psycholoog, wijst zij erop hoeveel je zelf kan doen aan de situatie waarin je verkeert (ook heel wat minder extreem dan Auschwitz) niet door deze de schuld te geven van een mislukt leven of door anderen de schuld te geven dat ze je leven hebben verwoest maar door je houding te veranderen.
Zowel zij als Frankl stellen dat in welke afgrijselijke situatie je ook verkeert je een keuze hebt. Als je bv zoals Eger deed een brood krijgt van Mengele omdat je voor hem danste terwijl hij net je moeder naar de gaskamers stuurde kan je dat brood zelf opeten maar je kan het ook delen met anderen.
En dat is precies wat ze deed. Later bleek juist dat gebaar cruciaal want toen ze tijdens de dodenmars bijna viel en niet meer overeind zou komen, tilden zij met wie ze haar brood had gedeeld haar op en redden haar zo.
Het is een bijna bijbels verhaal.
Niet simpelweg eigenbelang en voor jezelf opkomen redt een mens maar coöperatie, hoop en liefde, zoals duidelijk wordt uit het boek van Eger.
Maar ook: wat in je hoofd zit, je gedachten maar ook je verbeelding, kan niemand je afnemen. Denken aan een geliefde, zoals Frankl deed kan een mens redden in een mensonterende situatie.
Met die wijsheid ben ik ook zelf opgevoed en Eger haalt in haar boek haar moeder aan.

Stel nu dat al die woedende mensen de woede niet bij de ander of de situatie maar bij zichzelf zouden zoeken, bij de ontevredenheid die ze van binnen hebben.
Stel dat ze zich naar binnen en niet naar buiten zouden keren, dat ze aan zelfonderzoek zouden doen?
Dat ze zouden constateren dat ze zichzelf niet accepteren, dat hun woede hen gevangen houdt evenals de overtuiging en gevoelens waar ze hun hele leven al mee rondlopen zoals dat er niets is wat hij of zij doet wat hem of haar in zijn of haar eigen ogen goed genoeg maakt om iemands liefde waard te zijn? (zie pag 228 onderaan.)
En stel dat ze na dat zelfonderzoek zichzelf zouden accepteren en waarderen…
Dat ze hoop en liefde zouden toelaten?
Dat ze de ander die hen leed heeft bezorgd zouden kunnen vergeven zoals Eger deed maar ook zichzelf als zij een ander wat hebben aangedaan.

Ik eindig met een citaat:
“We kunnen er niet voor kiezen de duisternis te laten verdwijnen maar we kunnen ervoor kiezen het licht te koesteren” (pag 1).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *