Bloed en bodem

Er was de afgelopen week veel sprake van Blut und Boden (oftewel bloed en bodem)
Als je het opzoekt kom je bij Blut und Boden de volgende tekst tegen: Blut und Boden is een begrip dat een verband legt tussen de afstamming (het bloed) en de bodem (die het volk via landbouw kan voeden en die dient als Lebensraum). Het begrip is bekend geworden als centraal bestanddeel van de nationaal-socialistische ideologie.
(Mij lijkt het overigens een geweldig idee om kennis over deze ideologie in het vak maatschappijleer verplicht te stellen, haha!)

Bloederig was de aanslag in Charlottesville door een extreem-rechtse nationalist die op linkse antifascisten-betogers inreed.
Het was als aanslag niet verschillend van die van de IS maar de reactie van president Trump daarentegen was des te opmerkelijker.
Hij had duidelijk erg veel moeite zich te distantiëren van de standpunten van de rechtsnationalistische betogers in Charlottesville, die zich verzetten tegen het omverhalen van het standbeeld van Robert E. Lee en hard “blood and soil”scandeerden.
Lee was generaal ten tijde van de burgeroorlog (1861-1865) waarin de afgescheiden Zuidelijke Staten vochten voor behoud van de slavernij.

Er zijn meer dan 1500 zgn Confederatie-monumenten in de VS vooral in het Zuiden.
Ze spelen een belangrijke rol in het zelfbeeld van het mythische “Old South”. Trump haalde er veel kiezers vandaan. En ze worden nu mede naar aanleiding van het incident in Charlottesville achter elkaar van hun sokkel gehaald. De Volkskrant betitelde het al als “beeldenstorm” en vergeleek het met godsdiensttwisten onder de titel: “De energie van de vroegere godsdienstoorlogen is terug”.

Zo wil de Republikeinse gouverneur van Tennessee, Bill Haslam in Memphis een buste van Nathan Redford Forrest laten weghalen, een oprichter van de Ku Klux Klan, die betrokken was bij een bloedbad onder zwarte soldaten.

“Blood on the leaves, blood at the root/Black bodies swinging in the Southern breeze/strange fruit hanging from the popular trees,” met deze tekst van Billy Holiday opent columniste Harriet Duurvoort haar column in dezelfde Volkskrant onder de titel: “Witte identiteitspolitiek”.
Zij verweert zich tegen de stelling dat de huidige polarisatie in de VS een gevolg is van de zwarte identiteitsbeweging/politiek (die aandringt op het neerhalen van de standbeelden). Volgens haar stond witte identiteitspolitiek aan het fundament van de nieuwe wereld met alle ellende voor de zwarten van dien en ook in die volgorde. Bij haar gaat het dus om kleur, wit tegenover zwart, als fundamentele ideologische tegenstelling.
Ik noem het “bloed” of ras, rassenleer dus, dwz de opvatting dat alleen het zuivere bloed of het zuivere ras mag bestaan en recht heeft op het land, de bodem. Zo zijn Joden, die niet in te delen zijn in wit of zwart  (beide soorten bestaan), bv een gruwel voor de extreem rechts betogers van Charlottesville die  de leus: “Jews will not replace us” eendrachtig scandeerden. Overigens is het wel interessant op te merken dat Trump’s loyaliteit overduidelijk lijkt te liggen bij deze betogers maar ongetwijfeld toch ook bij zijn in het Witte Huis zeer aanwezige joodse schoonzoon en (joods geworden) dochter. De vraag hoe dit alles is te rijmen wordt in de media opvallend weinig gesteld….
Terug naar de standbeelden.

Voor degenen die daarvoor vochten werden standbeelden opgericht die dus nu nog worden geassocieerd met het “oude”, en dat wordt bij de  “alt righters”  al gauw “echte”, Amerika.
Het gaat hier in feite om het romantisch terugverlangen naar de oude tijden van de negentiende eeuw (waarin er dus nog slavernij was en duidelijke rassenscheidingen).

Hier zien we meteen welke problematische vormen dat terugverlangen aan kan nemen.
Politici die dat terugverlangen naar het ware Amerika, of in het geval van het Derde Rijk ware Duitsland of welke natie ook, een flinke boost geven uit eigenbelang, zorgen voor heel wat stormen, hebben we al in het verleden kunnen zien.
Want van wie of wat  is dat ware Amerika of het ware Duitsland of welke natie ook eigenlijk?
Van zwarten die zich letterlijk kapot hebben gewerkt op die grond die niet van hen was en systematisch vernederd werden en zich nog steeds niet serieus voelen genomen, of van de blanken in het zuiden van Amerika die juist hechten aan symbolen als monumenten voor hun leiders, omdat zij verbonden zijn met de gedeelde pijn van een verloren burgeroorlog en daaropvolgende bezetting.

Even terug naar Nederland: Hoewel er al bijna een half jaar niks uit de onderhandelingen van de diverse partijen mag komen, wordt er nu toch “gelekt” en hoorden we via het AD van een belangrijk punt in het a.s. Regeerakkoord: Het Wilhelmus, ons nationale volkslied, zou op alle scholen gezongen moeten worden om de nationale identiteit en eenheid te bevorderen.
Gelukkig stond er in de NRC een heel stuk over het Wilhelmus, heel instructief voor hen die, zoals de leider van het CDA zelf, niet veel verder kwamen dan het eerste couplet.
Buma had graag gewild dat het staande werd gebracht maar dat heeft Pechtold wellicht toch nog kunnen verhinderen en er als voorwaarde bijgesteld dat ze ook de Grondwet moesten leren (althans dat neem ik nu even aan…).

Eén van de eerste zinnen van het eerste couplet is: Ben ik van Duitsen bloed.
Wilhelmina die niet uitblonk in empathie voor Duitse Joden die onze kant uitkwamen, was al bij haar aanstelling in 1898 gecharmeerd van het Wilhelmus, maar dat werd pas echt ons volkslied in 1932, twee jaar nadat de partij van Hitler de tweede partij van Duitsland werd. Tot dan toe was: Wien Neêrlands bloed, jaja, door de aderen vloeit! ons volkslied. Kon zij vermoeden dat Hitler in één jaar tijd de macht zo radicaal zou overnemen? Of stroomde haar Duitse bloed haar zo hevig door de aderen dat ze dat ook helemaal niet erg vond?
Nou nou, denk je dan. Zou het voor Thierry Baudet en de zijnen niet een leuk idee zijn om meteen als de nieuwe regering geformeerd is daar een debat over aan te vragen?
Over een nieuw oud volkslied waarin het weer gaat om Neêrlands en niet om Duits bloed?

En trouwens wat doet die Spaanse koning anno 2017 nog in ons volkslied en laten we meteen al dat Godvrezende er maar uithalen nu we toch bezig zijn.  Het Wilhelmus blijkt bij nader inzicht uit de 16 e eeuw te stammen en heeft heel wat her-  en ver-schrijvingen meegemaakt. Discussies over dit lied gingen in de 19 e eeuw niet over witte superioriteit versus zwarte maar over protestantse superioriteit tegenover katholieke. Katholieken konden zich niet vinden in de volgens hen protestantse tekst, waar de paus in werd “zwart”gemaakt.

Ook al is er al eens een poging gewaagd om tot een nieuw volkslied te komen, ik ben er wel voor om onze Grondwet op rijm te zetten en daarvoor dichters en musici uit te nodigen. Voordeel: het begrip Bloed laat staan Bodem komt in onze Grondwet niet voor en met name Kamerleden zouden het dan bij hun aantreden in zijn geheel uit volle borst moeten zingen zodat ze bv meteen weten wat we bedoelen met gelijkheid, gelijke behandeling, vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst.

Laatste opmerking: Vreemd toch dat die belangstelling voor “eigen bloed”, these days, niet resulteert in mededogen van politici en beleidsmakers voor een Armeense vrouw die haar “bloed”-eigen kinderen wil beschermen door hen hier in dit land achter te laten omdat  ze deze bodem een geschiktere en veiliger bodem vindt dan die waaruit zijzelf voortspruit.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *