Onbedoeld ongelijk; over institutioneel racisme

Er is al veel gezegd en geschreven over het door staatssecretaris van Financiën Marnix van Rij in zijn brief aan de Kamer* gebruikte begrip ‘institutioneel racisme’.
Hij ontleent dat begrip aan het gebruik van die term door het College voor de Rechten van de Mens en het Kennisplatform Integratie en Samenleving.

Van Rij: “Ik besef dat benadeling of uitsluiting van bevolkingsgroepen verschillende verschijningsvormen kent. Ook als het niet bewust de bedoeling is om een bevolkingsgroep te benadelen, kunnen processen en werkwijzen van de Belastingdienst of Toeslagen of een ander onderdeel van de overheid zo uitwerken dat mensen achtergesteld worden op basis van etnische achtergrond of andere kenmerken, zoals religie, leeftijd en geslacht. Voor de mensen die hierdoor geraakt worden maakt dit het uiteraard niet minder pijnlijk”. En hij verwijst naar de zeer ruime definitie van het College die het over ingebakken, structurele mechanismen en gewoontes heeft, waarbij bewuste benadeling, ideologie of racistische opzet niet is vereist. Kern van het begrip: gedragingen die voortkomen uit onbewuste vooroordelen en onwetendheid.
Hij noemt het waar hij spreekt over Toeslagen als onderdeel van de Belastingdienst onbedoelde ongelijkheid waar de werkwijzen van Toeslagen als gevolg konden hebben dat verschillende groepen burgers een grotere kans hadden om geselecteerd te worden voor een handmatige beoordeling dan anderen.

Ik wil daar in het kader van dit blog wel een paar kanttekeningen bij plaatsen.
Mocht het begrip racisme en institutioneel racisme juridisch nog niet duidelijk zijn, dan is het altijd makkelijk er even het Van Dale woordenboek bij te pakken.
Racisme is dan: de opvatting dat het ene ras superieur is aan het andere en daaruit voortvloeiend dat ten aanzien van het ene ras andere maatstaven kunnen en mogen worden aangelegd dan ten aanzien van het andere.
Als je, zoals gebeurd is in de ‘Handleiding voor analisten aan de Poort’, nationaliteiten met een opvallend patroon uitgaven en giften aan kerkelijke instellingen alleen met hoofdletters ingediend door allochtonen aanwijst als frauderisico en bij Toeslagen selecteert op dubbele achternamen (dus niet de adel, haha) dan kun je toch wel spreken van ras als etnische achtergrond.
Volgens Van Dale is institutioneel: betrekking hebbende op staatsinstellingen.
Al met al is institutioneel racisme dus racisme in de zin van ongerechtvaardigde negatieve selectie op basis van etnische achtergrond door staatsinstellingen.
Vervolgens komen we toe aan de kwestie van onbedoeld, onbewust, etc.

1. Opmerkelijk is dat bij ambtenaren, dat wil zeggen degenen die in overheidsdienst zijn, er van wordt uitgegaan dat, al handelen ze ongrondwettelijk en maken zich schuldig aan allerlei vormen van onbehoorlijk bestuur en zelfs racisme (zie ook het PwC-onderzoek dienaangaande), de verantwoordelijke politici ervan uitgaan dat dat gedrag niet bedoeld was.
Omgekeerd, zoals blijkt bij de Toeslagen-affaire, gaat de overheid, in dit geval de Belastingdienst, er bij de minste geringste fout van de burger met de dubbele achternaam van uit dat deze fout met opzet is gemaakt!
Ik constateer: Dat de bureaucratie zoals door Max Weber als concept is ontwikkeld met als kern: gelijke behandeling van een ieder door onpersoonlijke dienaren van de publieke zaak inmiddels is verworden tot de leus: Qoud licet Iovi non licet bovi! Oftewel: Ambtenaren kunnen zich van alles permitteren wat aan het publiek, de burgers niet is toegestaan.

2. Het gebrek aan transparantie waarbij de (racistische) handleidingen opgesteld door de analisten aan de Poort geen formele status hadden en het ook niet eenduidig is vast te stellen of en in hoeverre de beschrijvingen in de handleidingen en het daderprofiel in de praktijk zijn toegepast, werken hier in het voordeel van de overheid, die zich achter deze vaagheid en gebrek aan transparantie verschuilt.

3. Een andere benadering is hier mogelijk. Waar er sprake is van racistische handleidingen opgesteld door analisten aan de Poort zou ik zeggen dat hier sprake is van analogie.
Onbedoeld ongelijk moet worden vergeleken met voorwaardelijke opzet in het strafrecht waarbij op het moment dat je kunt weten volgens de normen en waarden die in dit land gelden dat er door bepaalde terminologie te gebruiken specifieke groepen minderheden worden benadeeld er sprake is van ongrondwettelijke ongelijke behandeling naar etnische achtergrond.

Dat wil tevens zeggen dat de analisten van de Belastingdienst kunnen worden vervolgd voor ik zou zeggen discriminatie als racisme strafrechtelijk tot problemen leidt.
Maar het gaat verder.
Als de leidinggevenden van de Belastingdienst nalatig zijn geweest in het toezicht houden op discriminatoire selectiecriteria in de handleidingen en ze konden weten dat dit tot ongrondwettelijke ongelijke behandeling zou kunnen leiden, zijn zij ook vervolgbaar mijns inziens.
En dan heb ik het dus nog niet over de politieke verantwoordelijkheid van de bewindslieden op Financiën.

  • Zie de brief van 30 mei 2022 betreffende Nadere verzoeken Fraude signalering Voorziening.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *