Ode aan Moes

Ode aan Moes (ruwharig tekkeltje van 16 jaar)*

Ik wist dat je oud was
toen ik je meenam uit het asiel

Mensen zeiden: ze kan doodgaan
Ik ook, antwoordde ik steevast

Nu, nu het zover is
en jij zielig hoopje in je mand opgekruld
je laatste dagen, uren, minuten vult

Ril ik met je mee
is mìjn mand zoek
waarin ik me verbergen kan
kan schuilen voor de tijd

Dat ik je warme lijf
je aandoenlijke loopje
het tikken van de nagels op de vloer
je rennen op het strand
simpel je aanwezigheid

Mis
En weet: de leegte blijft.

*Gister 18 mei heb ik dit gedicht voorgedragen bij de Haarlemse dichtlijn.
Vandaag 19 mei is Moes heel rustig en vredig ingeslapen…

Eén reactie op “Ode aan Moes

  1. Beste Joyce,

    Ik las je bericht over het overlijden van je lieve hond.
    Mensen die ooit een huisdier hebben gehad weten het: mij dier was uniek en onvervangbaar. Misschien helpt het af en toe dezelfde wandeling als vroeger met Moes te maken.
    Wij hebben elke avond in de tuin boven het graf van Floris een kaarsje aangestoken, zo bleven we toch een beetje verbonden met hem. Maar ik krijg een steek in mijn hart als ik aan hem denk.

    Liefs, Jaap

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *