Het personalisme van Omtzigt (1)

Er is een nieuwe politieke partij opgericht door Pieter Omtzigt en de zijnen: Nieuw Sociaal Contract.
Het is zoals ze zelf zeggen* een partij die een nieuwe beweging op gang wil brengen in de politiek en de samenleving. Volgens de oprichters gaat het daarbij om een grondhouding, die hartstochtelijk zoekt naar recht en waarheid en waarbij macht en tegenmacht weer in een gezonde balans zijn.
In art 2 en 3 van haar Statuut staan de grondgedachten en uitgangspunten. Uitdrukkelijk wordt in artikel 2 vermeld dat de partij uitgaat van een relationeel en personalistisch mensbeeld.
Verderop wordt gezegd: ‘Ons alternatief voor het heersende individualisme is het personalisme. In het personalisme staat, aldus de tekst, niet het individu met zijn eigenbelang centraal maar de mens als persoon- de mens in verbondenheid met zichzelf, met anderen en de omringende wereld. De partij ziet mensen als bezielde personen die zich tot elkaar verhouden met zorg. Ieder mens telt!’. Er wordt gesproken over integraal humanisme.
‘In de politiek vertaalt personalisme zich in het ordenen van de samenleving naar de belangrijkste eenheden gezin, gemeenschappen, organisaties, overheden in steeds wijdere kringen. De eerste en zwaarste verantwoordelijkheid ligt bij de eigen kring.’ En het maatschappelijk middenveld moet terugkomen.

Het personalisme en haar geschiedenis.
Toen ik las dat de nieuwe partij een personalistisch uitgangspunt hanteerde was ik zeer verrast, blij verrast*. Ik had me immers vrij uitgebreid met het personalisme beziggehouden tijdens mijn filosofiestudie eind jaren 90. Dat mondde uit in het boek: Recht doen aan de buurt, van de Stichting Maatschappij Veiligheid en Politie, uit 2001, waarin een hoofdstuk over een personalistische rechtsverkenning (pg 109 ev). Hierin stelde ik oa dat een wijk of buurt een democratie in het klein is en dat wanneer er geen of onvoldoende rekening wordt gehouden met de mensen die daar wonen bij het opleggen van regels en het toepassen en uitvoeren van sancties, het recht niet leeft en dus ook niet werkt.
Op pagina 111 heb ik mijn visie op het personalisme uiteengezet..
Zoals dat het recht een basis moet hebben in de menselijke gemeenschap. Die gemeenschap is een levende gemeenschap of bestaat uit gemeenschappen van personen.
En: ‘Een personalistisch perspectief doet recht aan het proces van levensvervulling en menswording en ziet de mens niet als statisch wezen maar als persoon in ‘wording’, door vallen en opstaan, door ervaring en reflectie op het handelen. Juist in het doen, in het handelen dat diakritisch is openbaart zich het ‘ethisch’ menszijn….

Waar komen deze gedachten en oriëntaties vandaan?
Omtzigt en de zijnen verwijzen naar de oorsprong van het personalisme en naar de Duitse gereformeerde theoloog, filosoof en pedagoog: Friedrich Schleiermacher (1768-1834), die vooral vernieuwende ideeën had over de opvoeding.
In ons land was dat Philip Kohnstamm (1875-1951), een natuurkundige, filosoof en pedagoog ( van afkomst joods die zich bekeerde tot het christendom) die de stelling huldigde: ‘Er is een levens- en wereldbeschouwing nodig, die midden in het sociale en politieke leven kan staan’.
Die behoefte aan een dergelijke levens- en wereldbeschouwing toonde zich ook in de jaren van de bezetting.
Degenen die zich in gijzeling bevonden in St. Michielsgestel waaronder de zoon van Philip Max Kohnstamm, de latere founding father van de EEG bleken behoefte te hebben aan een mensbeeld waarin zich de diverse levensbeschouwingen en religies konden herkennen.
Dat werd vervolgens de zgn ‘doorbraakgedachte’ genoemd.
Terwijl Omtzigt en de zijnen vooral de klemtoon leggen op de christelijke afkomst van het personalisme is de ‘doorbraakgedachte’ uiteindelijk in een diverse Sociaal democratische partij uitgemond….

Zelf vind ik de theorie van de oversnijdingen* van Emmanuel Mounier het meest interessant van het personalisme… In 1932 verscheen de eerste aflevering van het tijdschrift Esprit, waarvan Mounier de stichter was. Deze had een grote verscheidenheid aan medewerkers om zich heen verenigd. Wat hen bond was de ontevredenheid over de gevestigde wanorde, het besef dat de wereld in crisis verkeerde en dat een morele revolutie nodig was. Er waren medewerkers van protestantse, katholieke, joodse en oosters orthodoxe huize, men trof er auteurs van linkse en rechtse afkomst, anarchisten en marxistisch georiënteerden. socialisten en christen democraten. Mounier voelde zich gedwongen de beginselen die hen verenigden onder woorden te brengen. De integraliteit van hun bagage moest gegarandeerd blijven’.
Naar de overtuiging van Mounier moest het personalisme niet alleen een handelingsfilosofie zijn maar ook een filosofie van de ontmoeting en de communicatie.(pg 17).*

 

  • https: //t.co/nta3gRyvEt

* Zie ook  mijn blog : Ouwe koeien: het personalisme van Mounier , augustus 2021

*  Ik zal hier verder op ingaan in de volgende blog, deel 2

  • Zie De rechten van de mens en de filosofie van de persoon. Dr A.J.M van Weers Kok Agora 1989, pg 15ev

*

 

 

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *